Schrijven

Het schrijfproces voor dummies

Sinds de publicatie van mijn boek krijg ik veel vragen van mensen die zelf totaal niet in die business zitten. Wanneer komt je volgende boek uit? Is dat verhaal waar je het op Instagram over had ergens te lezen? Waarom schrijf je iets als je nog niet weet of het een boek wordt? Om het schrijfproces wat duidelijker te maken, besloot ik deze blogpost te schrijven. Lees mee en ontdek stap voor stap hoe ik een boek schrijf, of hoe dat soms mislukt.

Het idee

Alles begint met een idee. Het is niet dat ik een leeg document open en er zomaar ineens woorden op het digitale papier verschijnen. Er is wel een woord voor dat verschijnsel: dat heet toveren. Maar goed, ik kan niet toveren, dus er moet eerst een idee zijn. Dit kan overal vandaan komen. Meestal komt het op een moment dat ik het niet verwacht of niet kan gebruiken.

De voorbereiding

Soms stort ik me gewoon blind in een nieuw project, maar meestal niet. Voor het schrijven is het namelijk wel handig om iets van het verhaal te weten. Wie zijn de personages? Wat is de rode draad? Hiervoor maak ik een apart Word-bestand aan. Daarin komt alles te staan wat ik bedenk qua achtergrond van de personages en wat er moet gebeuren in het verhaal. Zo weet ik zelf al een beetje waar het allemaal heen moet. Dat is beter dan in het wilde weg maar wat gaan doen en hopen dat het allemaal goedkomt.

De eerste versie

Dan kan het schrijven van de eerste versie beginnen. Er is dan nog lang geen sprake van een boek. Voor zover ik weet, is er geen enkele schrijver die de eerste versie niet totaal waardeloos vindt (in ieder geval tijdens het schrijven ervan). De eerste versie mág ook totaal waardeloos zijn, want daarvoor is het een eerste versie. Vergelijk het met het bakken van een brood dat de eerste keer mislukt. Je hebt wel alle ingrediënten, maar misschien nog niet in de juiste verhoudingen of je hebt het laten aanbranden. Deze eerste versie is als het ware bedoeld om te experimenteren met de ingrediënten. Niemand gaat dit brood ooit eten en niemand krijgt de eerste versie van je verhaal te zien, tenzij je dat wilt. In mijn geval is dit niet zo. Niemand mag mijn eerste versies lezen, zelfs niet de mensen die ik het meest vertrouw. Dit is ook een van de redenen dat ik niet kan schrijven in het openbaar.
Soms komt het niet verder dan de eerste versie. Het kan gebeuren dat je halverwege het schrijven ineens realiseert dat het verhaal eigenlijk helemaal nergens heen gaat (ja, ondanks het van tevoren uitwerken kan dit gebeuren, maar er is wel minder kans bij uitgebreide uitwerking). Of je hebt gewoon geen zin meer in het schrijven. Als ik mezelf door een verhaal heen moet slepen dan weet ik al dat het geen zin meer heeft en dan gaat het in de prullenbak. Je weet tenslotte pas of iets werkt als je het hebt opgeschreven. En soms ben jij gewoon niet de juiste persoon om dit brood te bakken.

Rijpingstijd

Na het afronden van de eerste versie is het verstandig om die even te laten liggen. Het is belangrijk om wat afstand te creëren, om de dingen weer helder te kunnen zien. Aangezien ik geen geduld heb, vind ik dit soms heel moeilijk. Sommige verhalen weet ik dan ook met moeite twee weken te laten liggen, maar het liefst neem ik minimaal een maand. In die tijd ga ik gewoon even lekker ergens anders aan schrijven om mijn gedachten te verzetten.

De eerste herschrijfrondeIMAG0182

Nadat ik het verhaal een tijdje heb laten liggen, kan de eerste herschrijfronde beginnen. Meestal begin ik door zelf het verhaal nog een keer door te lezen en opmerkingen te plaatsen bij alles wat ik stom of raar of wat dan ook vind. Soms zijn het zoveel opmerkingen dat ik het hele verhaal opnieuw ga schrijven, maar soms valt het mee en pas ik gewoon dingen aan in de oude versie. Dit verschilt echt per verhaal. Soms pas ik nog een extra herschrijfronde toe, voornamelijk als ik het verhaal helemaal opnieuw geschreven heb.

Proeflezers

Daarna komen de proeflezers aan bod. Die heb ik niet altijd gebruikt, maar nu er een realistische kans is dat mijn verhalen ooit als boek het daglicht zien vind ik het wel prettig. Een proeflezer is iemand die het verhaal kritisch leest en er commentaar op levert. Het is belangrijk om proeflezers te hebben omdat je zelf niet altijd alles ziet of kunt zien. Om te beginnen weet je als schrijver wat je bedoelt, dus kun je niet objectief beoordelen of het ook duidelijk en leesbaar is voor een buitenstaander. Daarnaast heeft iedereen zijn eigen achtergrond en referentiekader. Je kunt zelf nou eenmaal niet alles weten. Als een personage in het verhaal een ernstige verwonding of ziekte oploopt en je bent zelf geen dokter, is het bijvoorbeeld handig om een proeflezer te hebben die wel in de medische wereld zit. Zo kun je ervoor zorgen dat het realistisch blijft.

Nog meer herschrijven

Hierna is het tijd om de opmerkingen van de proeflezers te verwerken in een nieuwe herschrijfronde. Soms moeten er rigoureuze dingen aangepast worden, een andere keer blijft het bij details. Deze fase is eigenlijk het bijschaven van het verhaal tot het goed genoeg is om naar een uitgever te sturen.

Opsturen

Dan komt het moment dat het verhaal klaar is om op te sturen naar een uitgever. Dit kan wel een of twee jaar na het beginnen aan de eerste versie zijn. Er gaat dus heel wat tijd overheen voor een boek zelfs maar in deze fase terechtkomt.
Als je nog geen gepubliceerd auteur bent, doe je eerst onderzoek naar bij welke uitgeverijen jouw boek zou passen. Het heeft namelijk geen zin om een thriller op te sturen naar een uitgeverij die alleen maar sciencefiction uitgeeft. Verder is het belangrijk om te weten wat de voorwaarden zijn; sommige uitgeverijen accepteren bijvoorbeeld alleen manuscripten per post en sommige juist alleen per mail.
Aangezien ik al een boek uitgegeven heb, zou ik nieuw werk waar ik tevreden over ben eerst naar mijn eigen uitgever opsturen (in dit geval dus Dutch Venture Publishing). Als dat niks wordt, kan ik altijd nog verder kijken.

Wachten

De volgende fase bestaat uit het grote wachten. Dit geldt voornamelijk voor wanneer je een ongepubliceerd auteur bent die een manuscript opgestuurd heeft. In dit geval kan het maanden duren voordat je een reactie krijgt, als je die al krijgt. Bovendien worden er maar heel weinig manuscripten op deze manier aangenomen en krijg je meestal een standaardafwijzing waar je helemaal niks aan hebt. Dit is heel frustrerend, want dan weet je dus nog niet wat je de volgende keer beter moet doen.
Wanneer je al een gepubliceerd auteur bent, ligt dit anders. De uitgever zal sneller antwoorden, maar het wil niet zeggen dat er daarmee ook sneller een boek is. Om te beginnen is er niet altijd ruimte binnen de planning. Dan kan het dus zijn dat het nog heel lang duurt voordat het boek uitkomt. Wat er verder nog meespeelt is dat er altijd nog een redacteur over het verhaal heen gaat. Dan moeten er dus nog dingen aangepast worden. Dit neemt ook weer een heleboel tijd in beslag. Zo’n redacteur moet eerst alles gaan lezen en daarna moet je nog de tijd krijgen om de opmerkingen te verwerken.

Webp.net-resizeimage

Boek af?

Is het boek af nadat je de opmerkingen van de redacteur verwerkt hebt? Qua inhoud wel, ja. Dat wil echter niet zeggen dat er helemaal niks meer hoeft te gebeuren. Er moet bijvoorbeeld nog een cover komen en een flaptekst. Ook moet er een boekpresentatie geregeld worden. Normaal gesproken doet de uitgever dit soort dingen, maar wel in samenspraak met de auteur.
En ja, dan is het boek echt helemaal klaar voor publicatie. Bij ‘Versplinterd verlangen’ nam dit hele proces nog geen twee jaar in beslag, maar het kan ook veel langer duren. Zo heb ik tegelijk met dat manuscript ook een YA opgestuurd die op z’n vroegst in 2020 uitkomt, wat betekent dat het hele proces zeker drie jaar geduurd heeft en mogelijk nog langer.

Na publicatie

Als het boek eenmaal gepubliceerd is, wil dat niet zeggen dat je er niet meer mee bezig bent. Denk bijvoorbeeld aan promoten op social media of op evenementen. De eerste weken na publicatie zat ik ook zenuwachtig alle recensies te checken. Sommige auteurs kiezen er bewust voor om geen recensies te lezen, maar ik wist dat ik het toch niet kon laten dus heb ik ze maar meteen allemaal gelezen. Dit is best een spannende periode. Nu is dat kindje (of het brood, om bij mijn eerdere vergelijking te blijven) waar je zo hard aan gewerkt hebt de buitenwereld in gegooid en moet je maar hopen dat het daar overleeft. Dit is het ene moment makkelijker dan het andere.
Wat me ook opviel, was dat ik na de publicatie heel vaak de vraag kreeg hoeveel exemplaren er al verkocht waren. Helaas (of gelukkig) is het niet zo dat ik ‘pling!’ hoor iedere keer dat iemand mijn boek koopt. Sterker nog, ik durf zelf niet eens naar de verkoopcijfers te vragen omdat ik bang ben dat mijn boek een flop is. Desondanks is er een mooie bestelling gedaan door Biblion, dus misschien dat ik me binnenkort toch maar aan deze vraag moet wagen.

Hopelijk heb ik met dit artikel het schrijfproces een beetje duidelijker kunnen maken. Wat ik er ook nog bij wil zeggen: een schrijver schrijft een verhaal omdat schrijven zijn/haar passie is. Daar zit verder geen ‘waarom’ achter. En als het dan ooit wordt tot iets wat mensen kunnen lezen dan is dat mooi, maar zo niet dan is het alsnog leuk om als hobby te doen. Net zoals andere mensen truien breien of taarten bakken.

Heb je na het lezen van dit artikel nog vragen over het schrijfproces? Laat het me weten en dan beantwoord ik ze graag.